Onze reactie op het Brussels Waterbeheerplan 2022-2027

  • We juichen de uitgebreidheid en grondigheid van het plan toe, er worden zeer veel facetten van de waterhuishouding in besproken.
  • Wat spijtig is, is dat Brussel 2027 niet zal halen om de kaderrichtlijn water te respecteren, en misschien ook niet 2033.
  • Het belangrijkste element dat voor ons ontbreekt is een objectief om het volume van 10 miljoen m3 riooloverstorten per jaar te reduceren tot nul (of een iets minder ambitieus doel) tegen een bepaalde datum. Het Waterbeheerplan is een zeer lijvig plan van 800 pagina’s maar toch kan er niet uit opgemaakt worden tegen wanneer Brussel vrij zal zijn van riooloverstorten. -> Wij stellen voor dat hiervoor wel een objectief gesteld wordt tegen een bepaalde datum, net zoals dat gebeurt met het reduceren van de koolstofuitstoot voor de klimaatopwarming waar we wel weten waar we naartoe gaan, koolstofneutraliteit in 2050. Jaarlijks kan dan nagegaan worden of Brussel op de juiste weg is om dat objectief te halen ofwel dat er bijgestuurd moet worden. Op dezelfde manier stellen we voor een objectief voorop te stellen om het volume van 6 miljoen m3 rioolwater te reduceren dat jaarlijks via de regenwaterstraten van de waterzuiveringsstations in de Zenne geloosd wordt. Dit zou perspectief bieden daar waar we vandaag in het ongewisse blijven aangaande de lozingen van rioolwater.
  • Het grootste deel van de beschreven maatregelen hebben betrekking op het speelveld van Vivaqua, Hydria, Leefmilieu Brussel en de Haven van Brussel. Dit is maar een klein deel van het Brussels grondgebied. De gemeentes worden niet verplicht actie te ondernemen, net zoals Brussel Mobiliteit en de andere overheidsorganisaties. Het ligt aan hun goodwill om actie te ondernemen of niet. -> Wij stellen voor dat elke gemeente verplicht wordt een zeker buffervolume te creëren tegen 2027 of een andere specifieke datum. Hoe groter de gemeente hoe groter het buffervolume. Deze bufferbekkens moeten als doel hebben het regenwater te laten infiltreren in de grond, op te slaan om te hergebruiken en als laatste optie het regenwater te vertragen alvorens het toch naar de riolering stroomt. Dit zou bv. kunnen gaan van 10.000 m3 tot 50.000 m3 per gemeente en dit in verschillende kleinere bufferbekkens op plekken waar ze het meeste nut hebben. Hiervoor moeten oplossingen aan de oppervlakte voorrang krijgen zoals verzonken sportterreinen, heraanleg van parken, pleinen en middenbermen en het verlagen van het waterniveau van een vijver om extra opslag mogelijk te maken bij regenweer. Indien deze oplossingen niet mogelijk zijn kan gekozen worden voor stormbekkens ondergronds.
  • Om deze bufferbekkens in de 19 gemeentes aan te brengen op de juiste plekken doorheen het hele Brusselse Gewest moet een hydraulisch model, waarbij Brussel opgedeeld wordt in verschillende stroomgebieden, uitwijzen wat de te verkiezen locaties zijn om zoveel mogelijk riooloverstorten naar de waterlopen te vermijden. Hiervoor kan inspiratie gezocht worden in Kopenhagen. Hun hydraulisch model over de hele stad leidde tot 300 verschillende projecten met vooral bovengrondse oplossingen.
  • Ook stellen we voor dat elke gemeente verplicht wordt een bepaalde oppervlakte aan overheidsdaken af te koppelen van het rioleringsstelsel tegen 2027 of tegen een andere specifieke datum. Eveneens hoe groter de gemeente hoe groter het af te koppelen dakoppervlakte. Brussel stad heeft zichzelf als doel gesteld 250.000 m2 daken af te koppelen tegen 2030. Indien een hydraulisch model zou uitwijzen dat dit ambitieus genoeg is zou hiervan vetrokken kunnen worden om de dakoppervlakken van de andere gemeentes te bepalen.
  • Brussel Mobiliteit moet eveneens de verplichting krijgen een welbepaald volume aan bovengrondse bufferbekkens te voorzien net zoals een bepaalde oppervlakte aan openbare ruimte af te koppelen van de riolering.
  • Om de gemeentes en Brussel Mobiliteit te helpen bij het aanleggen van deze bufferbekkens kan het Gewest een budget voorzien om een deel van de kosten van elk project op zich te nemen.
  • De bedoeling van de maatregelen met betrekking op de gemeentes en Brussel Mobiliteit is een globaal plan op te stellen over het hele grondgebied van Brussel waarbij iedereen naar hetzelfde doel toewerkt. Een transversaal project doorheen alle verschillende verantwoordelijkheden en structuren heen.
  • Het waterbeheerplan bevat geen groot innovatief project gebaseerd op het principe van geïntegreerd waterbeheer dat een voorbeeld zou kunnen zijn voor volgende projecten. Dit zou kunnen zijn een verlaagd aangelegd sportterrein zoals het Waterplein in Rotterdam, een skatepark dat tegelijk een bufferbekken is, een park heraangelegd om een groot volume water te bufferen. -> Wij stellen voor het project Max Sur Senne te herbekijken om de optie na te gaan of de Zenne echt opengelegd kan worden zodanig dat al het water door de nieuwe geul in het park stroomt, ook wanneer er riooloverstorten plaatsvinden. De rivier kan plaats gegeven worden om buiten zijn oevers te treden met overstroombare oevers. Terwijl de betonnen kokers van de huidige Zenne ondergronds behouden blijven en gebruikt kunnen worden als stormbekken van +-30.000 m3. Het regenwater van straten, pleinen en daken rond het park zouden naar het park geleid kunnen worden (ipv naar de riolering) om daar te infiltreren in de grond en gebufferd te worden met als laatste optie het ondergronds stormbekken.
  • Het Waterbeheerplan vermeld verschillende specifieke stormbekkens maar deze zijn geblokkeerd op politiek niveau. Aan de andere kant vermeld het plan het principe van geïntegreerd waterbeheer maar worden er geen specifieke projecten vermeld, die lijken nog uitgewerkt te moeten worden. Het hydraulisch model hierboven vermeld moet uitwijzen welke projecten op welke locaties Brussel naar 0 overstorten en 0 overstromingen kan leiden. Dit is hoogstwaarschijnlijk een combinatie van zeer veel verschillende kleinere bovengrondse bufferbekkens (met infiltratie in de grond) aangevuld met enkele ondergrondse stormbekkens.
  • Wij stellen eveneens voor dat er een doelstelling gezet wordt om een bepaalde oppervlakte aan privédaken af te koppelen tegen een bepaalde datum. Het gewest kan eigenaren van zeer grote daken technisch en financieel helpen om dit te verwezenlijken.
  • Het is niet duidelijk of de 115 uit te voeren maatregelen bindend zijn. Sommige van deze maatregelen komen al reeds uit de vorige versies van het Waterbeheerplan. Wij stellen voor duidelijk aan te geven dat de verschillende organisaties verplicht zijn de beschreven maatregelen uit te voeren tegen de beschreven data.
  • Een ruimtelijke visie op water in de stad ontbreekt in het plan. Er wordt niet globaal beschreven hoe dit plan water in de stad een plaats zal geven.
  • Vandaag wordt bij de verschillende bouwwerven grondwater gratis de riolering ingepompt. Het plan kan de eerste stappen zetten om dit betalend te maken. Op die manier zullen er andere technieken gekozen worden door de bouwwerven.
  • Onder maatregel 1.11.4 staat te lezen dat er 200.000 euro voorzien is voor het installeren van nieuwe infrastructuur (afvalbarriere, bellenscherm) om afval op te vangen uit het kanaal samen met het uitvoeren van de andere aanbevelingen van de studie aangaande het drijvend afval in het kanaal. Ons voorstel van groene, mobiele afvalbarriere is in 2019 geraamd op 226.000 euro, dat zal vandaag al duurder zijn. Ook het bellenscherm (Great Bubbel Barrier) werd in 2019 geraamd op ongeveer 300.000 euro. Er is niet genoeg budget voorzien voor het plaatsen van efficiënte infrastructuur om het afval uit het kanaal op te vangen. Wij stellen een budget voor van minstens 350.000 euro.
  • Het waterbeheerplan kan de eerste stappen zetten om Hydria en Vivaqua te fusioneren. Het is niet logisch dat er twee verschillende organisaties elke verantwoordelijk zijn voor een deel van de rioleringen, stormbekkens en waterzuiveringsstations. Een fusionering van beide maakt hoogstwaarschijnlijk een efficiënter beheer mogelijk.
  • Ook stellen we voor de statuten van Hydria en Vivaqua aan te passen zodanig dat ook zij kunnen investeren in bovengrondse oplossingen om regenwater op te vangen en te bufferen. Op die manier is de weg vrijgemaakt voor een samenwerking tussen verschillende actoren ter heraanlegging van pleinen, straten, parken en dergelijke waarbij het regenwater bovengronds blijft.
  • In ons opzicht werkt de structuur van Brussel met 19 verschillende gemeentes en burgemeesters een efficiënt waterbeheer tegen. Er is zeer veel versnippering van verantwoordelijkheden. Het Waterbeheerplan zou dit probleem kunnen vermelden en een eerste aanwijzing geven hoe dit opgelost kan worden.

Besluit

Ondanks de grootte en omvattendheid van het plan ontbreekt het aan berekende objectieven en ambitieuze voorbeeldprojecten. We hopen dat Leefmilieu Brussel rekening houdt met deze opmerkingen en zijn beschikbaar om verdere informatie te geven over onze reactie.

Bekijk ook onze Open Video-Brief van begin 2022 waarin we oproepen tot meer ambitie voor propere waterwegen in Brussel.